5/5  
lijn
  GEVOLGEN  
     


Heb je wel eens een zandkasteel gebouwd dat later werd weggespoeld door de golven?
Heb je wel eens je handdoek op een droog plekje weggelegd en later gemerkt dat die nat geworden was?
Heb je gezien dat de schelpen op het strand soms heel ver van het water afliggen?
Heb je gezien dat het zand nat is, ook daar waar de golven niet meer komen?

Zomaar wat vragen uit een les voor groep 3 en 4 van de basisschool, die waarschijnlijk ook jou wel bekend zijn. En als je een zwemmer bent ken je deze ook wel:
Ben je wel eens vanaf het strand een stuk de zee ingezwommen om als je je omdraait te merken dat je een heel eind afgedreven bent?

10.
Die laatste vraag heeft te maken met de stroming, de horizontale beweging van het water die met het getij (een verticale beweging) te maken heeft.

a.  Klik op de afbeelding hierboven. Waar langs de kust is de stroming het sterkst op het moment dat het hoogwater is?

b.  Wat is de snelheid van de stroming daar in knopen? Hoeveel is dat in meters per seconde?

c.  Hoeveel uur na hoogwater (hw) draait de richting van de stroming om?

d.  Waar voor de Nederlandse kust botsen de stromingen op elkaar (hw)?

Het getij heeft allerlei gevolgen. Natuurlijk niet alleen voor recreatie aan het strand.

In een natuurlijke omgeving ontstaan uiteenlopende kustvormen, denk aan de Waddenzee, het strand en zeearmen of estuaria als de Westerschelde en de Eems.

Bewoning van kustgebieden maakt het nodig om dijken en kunstmatige verhogingen te bouwen.

Bij de aanleg van havens en het afmeren van schepen is de variënde waterhoogte een belangrijke factor.

11.
Op dat laatste punt hierboven (havens en schepen) gaan we in deze laatste opdracht in.

Bekijk de animatie hieronder. De eerste 5 dia's zijn een goede samvatting van bladzijde 3 van deze module (ontstaan van getij). Vanaf dia 6 volgt de toepassing voor de scheepvaart.

a.  Wat is kielspeling?

b.  Waarom heeft een schip kielspeling nodig ?

c.  Waarom neemt de kielspeling af richting Antwerpen?

d.  Wat is een tijpoort?

e.  Tussen welke twee plaatsen ligt de hoogste drempel? Meet de afstand tussen die plaatsen in de EduGIS kaart. Hoeveel kilometer is dat?

f.  Als een schip richting Antwerpen vaart, moet de stuurman dan tussen die plaatsen de bakboordoever aanhouden of de stuurboordoever? Waarom?
(zoek zelf de kaartlaag die je kan helpen het antwoord te vinden)

Over getij is nog veel meer te vertellen. Wil je meer weten over bijv.:
- het samenspel van natuurkundige krachten (centrifugaalkracht, gravitatiekracht)
- bijzondere getijden (wantij, agger, dubbele kop)
- referentievlakken (NAP, GLLWS, MSL, LAT zie afbeelding)? Lees dan het artikel van Ir. Rob van Ree waar deze module op gebaseerd is.
terug naar index Noordzee