2/5
volgende
lijn

HOE ONTSTAAT GETIJ?
 


3.
Lees de eerste bladzijde van Tom Poes en de tijwisselaar (klik op de afbeelding).

Welke van de onderstaande spreekwoorden hoort bij dit verhaal?
A. Als het getij verloopt, verzet men de bakens
B. Als men de bakens verzet, verloopt het getij

Het is voor velen aantrekkelijk in dit verhaal te geloven. Het zou betekenen dat wij macht hebben over de natuur. Maar in het vervolg gaan we toch uit van een andere verklaring van het getij.

Het getij is een natuurverschijnsel dat ontstaat onder invloed van om elkaar draaiende hemellichamen en de zwaartekracht. Het gaat vooral om het draaien van de maan om de aarde en van de aarde om de zon. Aangezien de bewegingen van deze hemellichamen zeer constant zijn, is het ritme van eb en vloed dat ook. Het getij is dan ook prima te voorspellen.

4.
Bekijk de animatie hieronder en beantwoord daarna de vragen.

Bron: Nationaal Park Schiermonnikoog

a. Welke beweging staat centraal in de animatie?

- de maan draait om de aarde
- de aarde draait om de zon
- de aarde draait om zijn as

b. Op welk tijdstip is het in Nederland hoog water?

- 12 uur
- 3 uur
- 6 uur

Wat je in de animatie zag kun je nog een keer nalezen als tekst:

Denk aan een klein volume zeewater ergens
op aarde. Door de zwaartekracht van de aarde blijft dit watervolume bij de aarde. Maar er is ook de – veel kleinere – invloed van de maan. De zwaartekracht van de maan op het watervolume varieert met de afstand. Omdat de aarde een diameter heeft van een kleine 13.000 km
maakt het uit of het watervolume zich aan de kant van de maan of juist aan de andere kant bevindt.

Aan de kant van de aarde die naar de maan is toegekeerd (en die dus het dichtst bij de maan is) wordt het zeewater sterker aangetrokken dan gemiddeld. Aan de andere kant van de aarde wordt het water minder sterk aangetrokken dan gemiddeld.

Als we ons de aarde voorstellen als een bol (zonder continenten) met een 20 km dikke laag water, dan zou het water een ellipsoïde vormen met een lange as langs de lijn aarde-maan. Je ziet dan twee ‘bulten’, één naar de maan gericht en een even grote van de maan af. Haaks op de lijn aarde-maan staat het water juist een beetje lager dan gemiddeld. De rotatie van de aarde
laat vaste punten dus per etmaal de beide bulten passeren, evenals tweemaal de tussenliggende laagte.

Omdat de aarde in 24 uur één maal om haar as draait, is het per etmaal tweemaal hoog water en ook tweemaal laag water.
Omdat de maan in ongeveer een maand om de aarde draait, is de maan in dat ene etmaal ook een stukje opgeschoven. Daardoor komen hoog en laag water telkens ongeveer 50 minuten later dan de vorige dag. De gemiddelde duur van een getijcyclus is dus geen 12 uur, maar 12 uur en 25 minuten.

 

Hoog waters zijn niet steeds even hoog, laag waters niet steeds even laag. Dat komt o.a. doordat de zon ook invloed heeft op het getij. De zon is natuurlijk veel groter dan de maan, maar doordat de zon veel verder weg staat is de invloed van de zon op het getij maar ongeveer 45 % van die van de maan.

Als de zon en de maan als het ware in elkaars verlengde staan ten opzichte van de aarde, dan bundelen zij hun krachten en trekken ze samen meer water aan. Dit noem je springtij. Als de zon en de maan haaks op elkaar staan werken zij elkaar tegen en is het verschil tussen hoog en laag water minimaal. Dit noemen we doodtij. Dus de ene week is het springtij en de andere doodtij.

Nederland loopt een beetje achter: langs onze kust treedt springtij niet op als het precies volle maan en nieuwe maan is, maar ongeveer twee dagen later.

 


Bron: Nationaal Park Schiermonnikoog
 

5.
In bovenstaande animatie kun je ook zien dat springtij en doodtij samenhangen met hoe we de maan vanaf de aarde zien, de schijngestalten van de maan: nieuwe maan, eerste kwartier, volle maan, laatste kwartier.

a. Bij welke schijngestalten is het doodtij?

b. Bij welke schijngestalten is het springtij?

TIP:
Weet je niet hoe je de schijngestalten van de maan ('maanfasen') uit elkaar kunt houden? Maak dan gebruik van het ezelsbruggetje.

 
 
volgende